FRANZ-JOZEF GLACIER - QUEENSTOWN

We worden al vroeg wakker (6 uur) van een groep Indiërs die op het punt staat om te vertrekken. Daar doen ze ongeveer drie kwartier over, dus als de wake-up call komt, zijn we allang klaarwakker. Als eerste gaan we vandaag met de bus naar de Fox Glacier. Vanaf de parkeerplaats lopen we er in een half uurtje heen. Het is de enige plaats ter wereld waar een gletsjer uitmondt in de buurt van een regenwoud. We zien bordjes staan tot waar de gletsjer kwam in 2008. Dat is een groot verschil met nu. Bij de gletsjer zelf worden natuurlijk veel foto’s gemaakt, waarbij iedereen poseert met de gletsjer op de achtergrond. Bovenop het ijs, dat soms een blauwige kleur heeft, ligt een laagje steengruis. Mooi klimmetje. Terug in de bus rijdt Lenart ons naar Paringa waar we om een uur of 12 aankomen. Wegens tijdgebrek worden de (late) koffie- en de (vroege) lunchpauze maar gecombineerd. We nemen eerst een zalm chowder (rijkelijk gevulde zalmsoep) met een kaasbroodje en daarna een cappuccino met een halve scone.

Dan rijden we door naar Queenstown. Onderweg stoppen we nog op allerlei punten om het uitzicht vast te leggen op de foto. Het landschap is onderweg dan ook prachtig. We gaan over de Haast-pas. Om het zuiden van het Zuidereiland te bereiken, kun je niet langs de westkust rijden, maar moet je over het gebergte heen. Er zijn veel hoge bergen met besneeuwde toppen. We zien ook regenwouden met vrij veel Dicksonia’s. Langs een meer staan ineens heel erg veel lichtgele lupines, in groepen bij elkaar. Wat verder zien we ook veel paarsblauwe en roze lupines. Er is ook heel veel bloeiende brem: knalgeel. Als we afdalen naar Queenstown verandert het landschap, dat er al een tijdje bruin en droog uitzag, ineens weer in lieflijk groen. Wat een afwisseling. Het hotel ziet er vrij modern uit. We hebben een kamer op de onderste verdieping met een zitje buiten met uitzicht op een bergrug bedekt met dennen. Vanuit de eetzaal heb je een prachtig uitzicht over een groot meer en de er achter liggende bergen.